Vrijdag 27 april t/m zondag 10 juni 2018
Vanwege mijn stage bij Imares (Den Helder) woon ik van koningsdag t/m eind augustus op het prachtige Waddeneiland Texel. De eerste tweeënhalve week stonden in het teken van fanatiek vogelen, daarna begon de stage en werd het vogelen beperkt tot de avonduurtjes en weekenden.
Het was een geweldige eerste anderhalve maand, met talloze krenten in de pap. De periode leverde mij 5 nieuwe Texelsoorten (#294-298) op: Krooneend, Zee- en Bastaardarend, Kleine Klapekster en Grauwe Gors. Buiten deze 5 soorten waren er genoeg hoogtepunten, zie het uitgebreide verhaal hieronder.
—–
Op 5 en 6 mei zat een (ongeringd) paartje Casarca’s in het ganzenreservaat Zeeburg; weliswaar een discutabele soort maar wel behoorlijk schaars op Texel. Een man Krooneend dat op 7 mei op het Grote Vlak zwom, vormde een zeer welkome nieuwe Texelsoort. Door de afstand konden we de poten niet checken op ringen. Een man Koningseider bevond zich op 19 mei in een grote groep Eiders op de Waddenzee t.h.v. het Wagejot; het is onduidelijk of het om het exemplaar betrof dat eerder langs de Texelse Noordzeekust zat, of wellicht de Vlielandse vogel (of een derde exemplaar). De man Topper op de Robbenjagerplas bleef daar tot 1 mei. Net als de afgelopen jaren bivakkeerde eind mei een zomerkleed Roodhalsfuut op de Horsmeertjes.
Roofvogels waren goed vertegenwoordigd dit voorjaar, met vooral in de tweede helft van mei hoge aantallen. We zagen in totaal 5 Visarenden (5, 8, 21 & 25 mei en 9 juni, waaronder eentje over de tuin!) en 4 Wespendieven (25 & 26 mei en 9 juni, waaronder eentje fraai tp in een meidoorn in de Vijver van Jochems). Een van de blikvangers van dit voorjaar was onze 2e Bastaardarend in Nederland. De vogel zat op 26 mei een uurtje aan de grond in polder Eierland en verkoos vervolgens het luchtruim. Ook de volgende dag werd de vogel gezien (maar niet door ons). Het lukte Frank en mij om op 11 mei een Zeearend boven de tuin op te pikken; een nieuwe Texelsoort voor ons. Naast de nodige Bruine en Blauwe Kiekendieven zagen we ook een trekkende Grauwe (21 mei over de Krimweg) en Steppekiekendief (8 mei, vuurtoren). Tijdens de Big Day vlogen beide wouwen over de noordpunt; de Rode en Zwarte Wouw waren soms zelfs samen in één beeld te zien! De volgende dag vloog bovendien een Rode Wouw laag over de Big Day-teams bij het maken van de groepsfoto. Op 25 mei liet mijn eerste Roodpootvalk (2kj man) in 5 jaar tijd zich, zowel in vlucht als in zit, fraai bekijken bij de Vijver van Jochems.
Een Kwartel zong op 6 juni onregelmatig in de Prins Hendrikpolder. Vanaf half mei was, net als 2 jaar geleden, het geluid van een Porseleinhoen vaak en luid te horen uit de Roggesloot, zelfs vanaf ons huisje op de Krim. Boven datzelfde huis vlogen op 2 mei 2 Kraanvogels, een erg leuke tuinsoort. Het luchtruim boven het Krimbos was op 21 mei goed voor mijn 4e Texelse Zwarte Ooievaar.
Naast groepjes Morinelplevieren in Polder Eierland zat op 2 mei een vrouwtje in een groepje Goudplevieren langs de Vuurtorenweg (t.h.v. het Krimbos). Net als in april zat een Gestreepte Strandloper enkele dagen in Waalenburg (misschien wel hetzelfde exemplaar?). De nieuw ingerichte Hanenplas was dit voorjaar een goede plek voor strandlopers: Temmincks Strandlopers foerageerden hier regelmatig, terwijl we hier ook eenmaal een Kleine en Krombekstrandloper zagen. Het kan haast niet anders of dit plasje gaat dit jaar nog een leuke soort opleveren… Ook elders op het eiland kwamen we deze soorten zo af en toe tegen. De leukste steltloper zat in Dijkmanshuizen: op 8 mei vond Klaas de Jong hier een Kleine Geelpootruiter, de 6e voor het eiland en de 2e voor dit gebied.
Een late, adulte Drieteenmeeuw vloog op 10 mei langs Paal 20 (De Koog). Op de Big Day vloog tweemaal een Kleine Jager over het strand bij de vuurtoren. Een verzwakte Zeekoet zat op 19 mei op het strand bij de vuurtoren. We moesten er even op wachten, maar vanaf 7 mei zongen er weer Zomertortels in ons vakantiepark. Een ander (broedverdacht) paartje bevond zich bij de Sluftervallei. Naast een doortrekkende Velduil op de Big Day zag ik in de periode eind mei / begin juni 3 exemplaren in potentieel broedbiotoop. Op 5 en 12 mei vlogen solitaire Bijeneters over de Tuintjes. De vogel op de laatstgenoemde datum zat bovendien enige tijd aan de grond.
Naast de roofvogels waren, tot onze vreugde, ook de klauwieren goed vertegenwoordigd dit voorjaar. Het begon met 2 Grauwe Klauwieren; op 6 mei een man in Dorpzicht en op 12 mei een vrouw in de Tuintjes. Er zat echter nog meer in het vat, want op 10 mei zat een fraaie man Roodkopklauwier in de Nederlanden. Het was alweer 4 jaar geleden dat deze voor het laatst op dit Waddeneiland gezien was. Het hoogtepunt was echter een schitterende man Kleine Klapekster die op 26 mei over de noordkop zwierf. Het kostte mijn vader en mij wel wat bloed, zweet en tranen om de vogel terug te vinden (was een uur uit beeld), maar het resultaat mocht er zijn… Ook leuk waren twee Wielewalen. Het eerste exemplaar liet zich bij tijd en wijle fraai bekijken in het Krimbos (en niet horen!), het tweede exemplaar vloog op 3 juni over Polder Wassenaar richting de Cocksdorp.
Op 5 mei vond Diederik Kok een Iberische Tjiftjaf in de Staatsbossen bij de Koog. Naast de volgende dag zagen en hoorden we de phylloscopus ook nog op 9 juni; een echte longstayer dus. In het Krimbos zaten in begin mei 2 Fluiters; helaas bleken ze net voor de Big Day te zijn vertrokken. In hetzelfde bos zong op 2 mei ook een Vuurgoudhaan, toch pas mijn eerste zingende op het eiland. Ook Texel deelde mee in de grote influx van Roze Spreeuwen in NW-Europa: mijn eerste adulte vogel zat op 3 juni een minuutje in de top van een meidoorntje bij het Reddingboothuisje.
Op 28 april en 4 mei bevonden zich 5 resp. 1 Beflijster in de Eierlandse Duinen; een andere erg schaarse lijstersoort (op Texel althans), de Grote Lijster, foerageerde langs de Pelikaanweg. Een fraaie noordelijke man Bonte Vliegenvanger liet zich op 4 mei fraai zien in het Krimbos. Paapjes waren schaars met slechts 2 exemplaren: op 4 mei in de Eierlandse Duinen (foto) en 20 mei bij het Reddingboothuisje.
Op de dag voor de Big Day liep op een prima afstand een volwassen Roodkeelpieper op het Renvogelveld; pas mijn tweede op het eiland en eerste aan de grond. In de periode 28 april – 3 mei zaten maximaal 3 Kleine Barmsijzen en 1 fraaie Keep in zomerkleed in onze tuin; het kan slechter. De enige Appelvink buiten de Big Day was een roepende vogel op een boerenerf bij ’t Horntje (24 mei). Hier vlakbij, over de Mokbaai, vloog een dag eerder een Europese Kanarie over. Last but not least, op 5 mei zat een hele goede Texelsoort bij de Robbenjager: een Grauwe Gors vloog de hele dag rond het Renvogelveld. Hij was erg lastig, uiteindelijk heb ik de vogel helaas maar een tel door de scoop gezien. Niet echt een mooie waarneming, maar wel een erg zeldzame soort op de Wadden en nieuw voor ons op Texel!
—
Op vogelgebied was er genoeg te beleven (understatement), maar een van de (zo niet hét) hoogtepunten was een vlinder. Op 3 mei liepen we aan het eind van de ochtend Dorpzicht in. Qua vogels viel het wat tegen. Langs het pad stuitten Frank en mijn vader op een grote oranje vlinder. De eerste gedachte was een Gehakkelde Aurelia, maar het een en ander klopte niet voor deze soort. Toen de vlinder naar de voet van een populier vloog (en ik hem eindelijk ook zag) bleek het inderdaad te zijn wat we stiekem al dachten: een Grote Vos!
Enigszins verbouwereerd meldde ik het nieuws toch maar in de BAT (weliswaar geen vogel, maar er was gelukkig genoeg animo voor) en in het volgende uur liet de vlinder zich aan circa 10 medewaarnemers fraai zien en fotograferen. Het bleek een voorbode voor meer waarnemingen; de volgende dagen werden in de omgeving van het Krimbos nog meer exemplaren gevonden, waaronder een exemplaar op 5 mei waar Frank en ik tegenaan blunderden. Dit zijn op Waarneming.nl de allereerste waarnemingen van deze soort op het eiland, om maar even aan te geven hoe zeldzaam de soort hier is. Voor ons betrof het bovendien een nieuwe soort, erg leuk om er dan zelf tegenaan te lopen!