Geweldig voorjaar op Texel

Vrijdag 27 april t/m zondag 10 juni 2018

Vanwege mijn stage bij Imares (Den Helder) woon ik van koningsdag t/m eind augustus op het prachtige Waddeneiland Texel. De eerste tweeënhalve week stonden in het teken van fanatiek vogelen, daarna begon de stage en werd het vogelen beperkt tot de avonduurtjes en weekenden.

Het was een geweldige eerste anderhalve maand, met talloze krenten in de pap. De periode leverde mij 5 nieuwe Texelsoorten (#294-298) op: Krooneend, Zee- en Bastaardarend, Kleine Klapekster en Grauwe Gors. Buiten deze 5 soorten waren er genoeg hoogtepunten, zie het uitgebreide verhaal hieronder.

—–

Op 5 en 6 mei zat een (ongeringd) paartje Casarca’s in het ganzenreservaat Zeeburg; weliswaar een discutabele soort maar wel behoorlijk schaars op Texel. Een man Krooneend dat op 7 mei op het Grote Vlak zwom, vormde een zeer welkome nieuwe Texelsoort. Door de afstand konden we de poten niet checken op ringen. Een man Koningseider bevond zich op 19 mei in een grote groep Eiders op de Waddenzee t.h.v. het Wagejot; het is onduidelijk of het om het exemplaar betrof dat eerder langs de Texelse Noordzeekust zat, of wellicht de Vlielandse vogel (of een derde exemplaar). De man Topper op de Robbenjagerplas bleef daar tot 1 mei. Net als de afgelopen jaren bivakkeerde eind mei een zomerkleed Roodhalsfuut op de Horsmeertjes.

Topper – Greater Scaup (photo: Frank van der Meer)

Roofvogels waren goed vertegenwoordigd dit voorjaar, met vooral in de tweede helft van mei hoge aantallen. We zagen in totaal 5 Visarenden (5, 8, 21 & 25 mei en 9 juni, waaronder eentje over de tuin!) en 4 Wespendieven (25 & 26 mei en 9 juni, waaronder eentje fraai tp in een meidoorn in de Vijver van Jochems). Een van de blikvangers van dit voorjaar was onze 2e Bastaardarend in Nederland. De vogel zat op 26 mei een uurtje aan de grond in polder Eierland en verkoos vervolgens het luchtruim. Ook de volgende dag werd de vogel gezien (maar niet door ons). Het lukte Frank en mij om op 11 mei een Zeearend boven de tuin op te pikken; een nieuwe Texelsoort voor ons. Naast de nodige Bruine en Blauwe Kiekendieven zagen we ook een trekkende Grauwe (21 mei over de Krimweg) en Steppekiekendief (8 mei, vuurtoren). Tijdens de Big Day vlogen beide wouwen over de noordpunt; de Rode en Zwarte Wouw waren soms zelfs samen in één beeld te zien! De volgende dag vloog bovendien een Rode Wouw laag over de Big Day-teams bij het maken van de groepsfoto. Op 25 mei liet mijn eerste Roodpootvalk (2kj man) in 5 jaar tijd zich, zowel in vlucht als in zit, fraai bekijken bij de Vijver van Jochems.

Bastaardarend – Greater Spotted Eagle (photo: Peter van der Meer)
Steppekiekendief – Pallid Harrier (photo: Peter van der Meer)
Grauwe Kiekendief – Montagu’s Harrier (photo: Peter van der Meer)

Een Kwartel zong op 6 juni onregelmatig in de Prins Hendrikpolder. Vanaf half mei was, net als 2 jaar geleden, het geluid van een Porseleinhoen vaak en luid te horen uit de Roggesloot, zelfs vanaf ons huisje op de Krim. Boven datzelfde huis vlogen op 2 mei 2 Kraanvogels, een erg leuke tuinsoort. Het luchtruim boven het Krimbos was op 21 mei goed voor mijn 4e Texelse Zwarte Ooievaar.

Kraanvogel – Common Crane (photo: Peter van der Meer)

Naast groepjes Morinelplevieren in Polder Eierland zat op 2 mei een vrouwtje in een groepje Goudplevieren langs de Vuurtorenweg (t.h.v. het Krimbos). Net als in april zat een Gestreepte Strandloper enkele dagen in Waalenburg (misschien wel hetzelfde exemplaar?). De nieuw ingerichte Hanenplas was dit voorjaar een goede plek voor strandlopers: Temmincks Strandlopers foerageerden hier regelmatig, terwijl we hier ook eenmaal een Kleine en Krombekstrandloper zagen. Het kan haast niet anders of dit plasje gaat dit jaar nog een leuke soort opleveren… Ook elders op het eiland kwamen we deze soorten zo af en toe tegen. De leukste steltloper zat in Dijkmanshuizen: op 8 mei vond Klaas de Jong hier een Kleine Geelpootruiter, de 6e voor het eiland en de 2e voor dit gebied.

Morinelplevier – Dotterel (photo: Peter van der Meer)
Gestreepte Strandloper – Pectoral Sandpiper (photo: Peter van der Meer)
https://waarneming.nl/fotonew/0/16713440.jpg
Kleine Geelpootruiter – Lesser Yellowlegs

Een late, adulte Drieteenmeeuw vloog op 10 mei langs Paal 20 (De Koog). Op de Big Day vloog tweemaal een Kleine Jager over het strand bij de vuurtoren. Een verzwakte Zeekoet zat op 19 mei op het strand bij de vuurtoren. We moesten er even op wachten, maar vanaf 7 mei zongen er weer Zomertortels in ons vakantiepark. Een ander (broedverdacht) paartje bevond zich bij de Sluftervallei. Naast een doortrekkende Velduil op de Big Day zag ik in de periode eind mei / begin juni 3 exemplaren in potentieel broedbiotoop. Op 5 en 12 mei vlogen solitaire Bijeneters over de Tuintjes. De vogel op de laatstgenoemde datum zat bovendien enige tijd aan de grond.

Zomertortel – European Turtle Dove
Velduil – Short-eared Owl

Naast de roofvogels waren, tot onze vreugde, ook de klauwieren goed vertegenwoordigd dit voorjaar. Het begon met 2 Grauwe Klauwieren; op 6 mei een man in Dorpzicht en op 12 mei een vrouw in de Tuintjes. Er zat echter nog meer in het vat, want op 10 mei zat een fraaie man Roodkopklauwier in de Nederlanden. Het was alweer 4 jaar geleden dat deze voor het laatst op dit Waddeneiland gezien was. Het hoogtepunt was echter een schitterende man Kleine Klapekster die op 26 mei over de noordkop zwierf. Het kostte mijn vader en mij wel wat bloed, zweet en tranen om de vogel terug te vinden (was een uur uit beeld), maar het resultaat mocht er zijn… Ook leuk waren twee Wielewalen. Het eerste exemplaar liet zich bij tijd en wijle fraai bekijken in het Krimbos (en niet horen!), het tweede exemplaar vloog op 3 juni over Polder Wassenaar richting de Cocksdorp.

Roodkopklauwier – Woodchat Shrike (photo: Frank van der Meer)
https://waarneming.nl/fotonew/4/16936234.jpg
Kleine Klapekster – Lesser Grey Shrike

Op 5 mei vond Diederik Kok een Iberische Tjiftjaf in de Staatsbossen bij de Koog. Naast de volgende dag zagen en hoorden we de phylloscopus ook nog op 9 juni; een echte longstayer dus. In het Krimbos zaten in begin mei 2 Fluiters; helaas bleken ze net voor de Big Day te zijn vertrokken. In hetzelfde bos zong op 2 mei ook een Vuurgoudhaan, toch pas mijn eerste zingende op het eiland. Ook Texel deelde mee in de grote influx van Roze Spreeuwen in NW-Europa: mijn eerste adulte vogel zat op 3 juni een minuutje in de top van een meidoorntje bij het Reddingboothuisje.

Iberische Tjiftjaf – Iberian Chiffchaff
Iberische Tjiftjaf – Iberian Chiffchaff

Op 28 april en 4 mei bevonden zich 5 resp. 1 Beflijster in de Eierlandse Duinen; een andere erg schaarse lijstersoort (op Texel althans), de Grote Lijster, foerageerde langs de Pelikaanweg. Een fraaie noordelijke man Bonte Vliegenvanger liet zich op 4 mei fraai zien in het Krimbos. Paapjes waren schaars met slechts 2 exemplaren: op 4 mei in de Eierlandse Duinen (foto) en 20 mei bij het Reddingboothuisje.

Bonte Vliegenvanger – Pied Flycatcher (photo: Peter van der Meer)
Paapje – Whinchat

Op de dag voor de Big Day liep op een prima afstand een volwassen Roodkeelpieper op het Renvogelveld; pas mijn tweede op het eiland en eerste aan de grond. In de periode 28 april – 3 mei zaten maximaal 3 Kleine Barmsijzen en 1 fraaie Keep in zomerkleed in onze tuin; het kan slechter. De enige Appelvink buiten de Big Day was een roepende vogel op een boerenerf bij ’t Horntje (24 mei). Hier vlakbij, over de Mokbaai, vloog een dag eerder een Europese Kanarie over. Last but not least, op 5 mei zat een hele goede Texelsoort bij de Robbenjager: een Grauwe Gors vloog de hele dag rond het Renvogelveld. Hij was erg lastig, uiteindelijk heb ik de vogel helaas maar een tel door de scoop gezien. Niet echt een mooie waarneming, maar wel een erg zeldzame soort op de Wadden en nieuw voor ons op Texel!

Keep – Bramling (photo: Peter van der Meer)

Op vogelgebied was er genoeg te beleven (understatement), maar een van de (zo niet hét) hoogtepunten was een vlinder. Op 3 mei liepen we aan het eind van de ochtend Dorpzicht in. Qua vogels viel het wat tegen. Langs het pad stuitten Frank en mijn vader op een grote oranje vlinder. De eerste gedachte was een Gehakkelde Aurelia, maar het een en ander klopte niet voor deze soort. Toen de vlinder naar de voet van een populier vloog (en ik hem eindelijk ook zag) bleek het inderdaad te zijn wat we stiekem al dachten: een Grote Vos!

Enigszins verbouwereerd meldde ik het nieuws toch maar in de BAT (weliswaar geen vogel, maar er was gelukkig genoeg animo voor) en in het volgende uur liet de vlinder zich aan circa 10 medewaarnemers fraai zien en fotograferen. Het bleek een voorbode voor meer waarnemingen; de volgende dagen werden in de omgeving van het Krimbos nog meer exemplaren gevonden, waaronder een exemplaar op 5 mei waar Frank en ik tegenaan blunderden. Dit zijn op Waarneming.nl de allereerste waarnemingen van deze soort op het eiland, om maar even aan te geven hoe zeldzaam de soort hier is. Voor ons betrof het bovendien een nieuwe soort, erg leuk om er dan zelf tegenaan te lopen!

https://waarneming.nl/fotonew/8/16626368.jpg
Grote Vos – Large Tortoiseshell
Grote Vos – Large Tortoiseshell

Weinig kilometers maar veel soorten tijdens de Texel Big Day 2018

Zaterdag 12 mei 2018

Vandaag (zaterdag 12 mei 2018) is het dan zover: de Texel Big Day. Mijn vader Peter, broer Frank en ik vormen het team Meer Waarneming.nl. In totaal proberen 15 verschillende teams per e-bike ieder zoveel mogelijk soorten te zien in 24 uur tijd (of sommigen iets korter…). De afgelopen 2 weken zaten we ook al op het eiland en toen hebben niet echt iets voorbereid, al werden plekjes voor lastige soorten (bv een lang verblijvende Smient / Pijlstaart, territoria van Fluiters, goede locaties voor Zomertortels) extra goed onthouden als we ze toevallig tegen kwamen.

VOORWAARDE & PLANNING
Al gelijk bij de benadering door Hisko de Vries (van Waarneming.nl) om deze site te representeren op de Big Day, hadden we één voorwaarde: we gaan niet het hele eiland over, zelfs al hebben we de beschikking over een e-bike. Daarvoor is onze conditie niet goed genoeg en hebben we de ‘benen’ niet. Ons plan is dan ook om alleen de noordelijke helft van het eiland te bevogelen. Gedurende de twee weken werden de grenzen van onze Big Day vastgesteld: we zouden globaal niet zuidelijker gaan dan de lijn De Koog / Waalenburg / Utopia. De afgelopen twee weken werd duidelijk dat alsnog een groot aantal soorten mogelijk moest zijn boven deze lijn. Op goede dagen kan de noordpunt erg goed zijn voor doortrekkers, terwijl ook bos (Krimbos) en wad / moeras (Volharding & Zeeburg / Waalenburg / de nieuw ingerichte Hanenplas) binnen handbereik is. Uiteraard wisten we dat we door deze beperking soorten zouden missen die niet of zeer moeilijk zijn in het noorden; dat namen we voor lief. Ons doel is dan ook om de grens van 100 soorten te passeren, een soort of 110-120 leek toch goed mogelijk.

Door onverwachte avondtochtjes en door uitstellen werd geen uitgekiende route gemaakt. Een gebrek aan nachtsoorten op Texel en zeker het noorden (bijna geen uilen en rallen) maakte het voor ons (en genoeg andere teams) niet nodig om al om 0:00 uur te beginnen. Een paar uur voor het begin besluiten we zelfs helemaal geen poging te doen voor nachtvogels en zodoende pas aan het eind van de nacht te beginnen. Met het eerste licht zouden we in de Tuintjes staan voor landtrek, zingende zangvogels en voor zeevogels. Vervolgens zouden we via het Krimbos (voor bossoorten) richting onze uitvalsbasis vakantiepark De Krim gaan. De rest van de route ligt open, we kijken wel hoe het allemaal verloopt en welke soorten we missen. Bovendien kunnen we dan anticiperen op leuke meldingen in de Big Day-Whatsappgroep, zeker met de goede weersomstandigheden in het achterhoofd (ZO 4-6, zonnig weer).

DE BIG DAY
Zoals gepland gaat de wekker om 4:45, een half uur later zijn we klaar om te beginnen. Een Merel, Zwarte Kraai, Roodborst en Koolmees vormen samen de eerste soorten deze dag. Intuïtief besluiten we eerst een poging te doen voor Kwartel in de Hanenplas, dan kunnen we gelijk een kijkje nemen op de nieuw ingerichte plas. De Kwartel is helaas stil; de plas brengt ons op een stand van 37 soorten, met Nachtegaal, Koekoek, Groenpootruiter, Wintertaling, Kleine Plevier, Tapuit en Grote Canadese Gans (lastig op Texel) als meest aansprekende soorten.

Big Day
Groepsfoto bij begin van de dag; vlnr: Frank, Peter en Robert

We fietsen met korte tussenstops richting de Tuintjes. In het Krimbos kunnen we de Fluiter die hier dagenlang zit niet vinden. Bonus hier is een territoriale Appelvink (#38) die luid roepend rondvliegt; die hadden we de afgelopen 2 weken niet! In de Eierlandse Duinen kunnen we onder meer 2 Sprinkhaanzangers, Rietzanger en Havik bijschrijven, je kunt ze maar beter hebben!

Rond 6:30 uur en met een soortenlijst van 59 soorten bereiken we de zuidelijke ingang van de Tuintjes. Samen met Jorrit Vlot en Michaël Dagnelie lopen we naar het uitkijkpunt aan het eind van de Tuintjes. Tot ongeveer 9:00 zitten we (met naast Jorrit en Michaël ook tijdelijk Timo Roeke en team Rock around the Clock) op de telpost en dat is bepaald geen straf. In de duinen zingt een Blauwborst, de Noordzee en Eierlandse Dam zijn goed voor Jan-van-Gent, Zwarte Zee-eend, Dwergstern, Kleine Jager (boven strand jagend achter stern), Paarse Strandloper en Kanoet. Over de telpost vliegen o.a. Boompiepers, een Sperwer en een (roepende) Grote Gele Kwikstaart, da’s een goede op een Big Day! Een door Arjan van Egmond ontdekte vrouw Grauwe Klauwier is erg leuk, maar het hoogtepunt is een BIJENETER! Door een melding halverwege het eiland zijn we extra alert op deze soort, en warempel: rond half 8 hoor ik de vogel enkele malen roepen, vijf minuten later vliegt de vogel laag boven onze hoofden boven de telpost en landt zelfs een klein halfuur in een struikencomplex. Geweldig (al slagen hierdoor helaas ook twee andere teams erin deze soort te twitchen). 😉

Een Bijeneter – European Bee-eater (photo: Frank van der Meer)

Via het Renvogelveldje (#86-89: man Zomertaling, vrouw Pijlstaart, Noordse & Engelse Kwikstaart) en de zuidkant van de Tuintjes (geen Paapje, wel nogmaals dezelfde Grauwe Klauwier en nieuw: Braamsluiper en Putter) fietsen we naar de Vijver van Jochems. Zeer welkome nieuwe dagsoorten zijn een zingende Grauwe Vliegenvanger, Spotvogel en Vink (#92-94), bovendien vliegt er opnieuw een Grote Gele Kwikstaart en Appelvink over en horen we eenmaal een (dezelfde?) Bijeneter. Een zigzagbeweging op de kaart volgt: we spoeden ons tevergeefs terug naar het Renvogelveld voor Paapje, maar noteren hier wel een Rietgors (#95).

Het wordt tijd om iets naar het zuiden te zakken. In het Krimbos proberen we een tweede Fluiter (weer niks), al kunnen we wel weer enkele soorten bijschrijven: Waterhoen, Tuinfluiter, Gaai en Pimpelmees. Een voorbij vliegende Grote Bonte Specht gaat later fanatiek zitten roepen: dit is onze 100e soort, en dat al om 11.17 uur! Vanwege een melding van een Zwarte Wouw ten zuiden van de Koog fietsen we snel naar een hoog duintje langs de Krimweg en hier zien we een half uur later de wouw recht over komen, gaaf! Tot slot fietsen we na een tip van André Strootman een klein stukje naar het noorden voor een nestelende Zomertortel, die zich erg fraai laat bekijken.

Tussen half 1 en 2 uur nemen we een korte eet- en rustpauze in ons huisje en maken we de balans op van makkelijke soorten die we nog moeten. We besluiten ze één voor één langs te gaan. In het park is de eerste tortel die we tegenkomen niet de gewenste Turkse Tortel, maar een van de grond opvliegende Zomertortel! Gelukkig vinden we al snel de Turkse Tortel (#103). In de Cocksdorp (tegenover de Plus) is een Bosrietzanger (#104) zachtjes aan het zingen, terwijl op de Roggesloot meerdere Futen (#105) zwemmen. De bekende 3 Knobbelzwanen zitten helaas niet in het zichtbare deel van de geul. Een kort rondje door Dorpzicht levert alleen een Landkaartje op (nieuwe Texelsoort voor ons).

Landkaartje – Map Butterfly (photo: Frank van der Meer)

In de weilanden en het recent herstelde krekenstelsel direct ten oosten van Dorpzicht slaan we een goede slag: door Brandgans, Smient, Temmincks Strandloper, Goudplevier (Zeeburg), Witbuikrotgans en een 2kj Zwartkopmeeuw (beiden mooi dichtbij voor het nieuwe scherm) groeit de soortenlijst naar 111. Inmiddels is het al half 4 en is het tijd om plan de campagne te maken voor de rest van de middag en avond. Gaan we toch nog naar Waalenburg voor steltlopers en Kolgans?

Witbuikrotgans – Pale-bellied Brent Goose (photo: Frank van der Meer, phonescoping)

Het antwoord op deze vraag is nee. We fietsen door naar het ganzenreservaat Zeeburg, omdat we hier een enorme groep Rotganzen zien. Bij de boerderij onderaan de Waddendijk roept een Ringmus en zien we onze eerste Regenwulpen (#112 & #113). Zeker die eerste is een soort waar we helemaal niet op gerekend hadden op deze Big Day. Het geluk is nog meer aan onze zijde, want op het wad ter hoogte van het ‘Sneeuwuilplasje’ pikt Frank een Zwarte Rotgans uit de rotjes (#114) en doe ik nog een duit in het zakje met een Kleine Strandloper tussen de 10-tallen Bontbekplevieren (helaas geen Breedbekje 😉 ). In het plasje zelf zwemmen meerdere Pijlstaarten en Smienten, terwijl langs de begroeide oever tweemaal een Watersnip (#116) rondvliegt.

Berichten over 2 overvliegende Ooievaars en beide wouwen bij de Slufter doen ons besluiten om toch maar weer richting de Robbenjager te gaan. Met topsnelheden van 40 km/u racen we langs de Cocksdorp en door de Volharding. Aan de zuidkant van de Robbenjager sluiten we ons aan bij team de Peregrines en kunnen we gezamenlijk de wouwen én Ooievaars oppikken. Een Rode en Zwarte Wouw vliegen geregeld zelfs in één beeld, oef wat gaaf! We trappen door naar het Renvogelveldje waar ons nog meer verrassingen te wachten staan. Met dank aan Sjaak Schilperoort zien we een Gierzwaluw (#119, tot nu toe belachelijk schaars op Texel dit jaar), dankzij Michel Veldt en Eric Menkveld een man Rouwkwikstaart (#120) en er vliegt zelfs tweemaal een Velduil (#121) over!

Om 6 uur nemen we een culinaire pauze in de snackbar van de Sluftervallei (aanrader!) en tegen 7’en kunnen we weer een nieuwe dagsoort toevoegen: aan de zuidkant van de Hollandseweg zwemmen eindelijk de felbegeerde 3 Knobbelzwanen (#122) en zie ik (als enige) 2 Zomertalingen. Langs de Stengweg twitchen we de Morinelplevieren van team Local Patchers (#123, dank!) en hier zingt dan ook eindelijk onze eerste Veldleeuwerik van de dag. Hoe heeft het in vredesnaam zolang kunnen duren voor we die hadden?!

Een tochtje langs het wad bij de Cocksdorp en een ultieme poging voor Fluiter in het Krimbos leveren niets op, dus sluiten we de avond af bij de Hanenplas. We hopen op een Kemphaan of Krombekstrandloper, maar zien wel een Bosruiter (#125) en 5 Temmincks Strandlopers. Net als vanochtend wil de Kwartel niet z’n snavel opentrekken, waardoor we rond 21.45 uur thuis zijn. We pakken nog een stukje Songfestival mee (YES!) voordat we naar het Eierlandse Huis gaan om er een punt achter de dag te zetten. Een korte zoektocht naar een Kerkuil loopt op niets uit, maar om het Porseleinhoen van de Roggesloot kunnen we natuurlijk niet heen. Deze soort zorgt ervoor dat we op 126 soorten eindigen. We komen rond 11’en het eindpunt binnen, als één van de laatste groepjes, alleen de Jonge Hondjes houden het nog langer vol.

CONCLUSIE
In totaal zijn we dus geëindigd op 126 soorten. Grootste missers zijn Tafeleend, Blauwe Kiekendief, Waterral, Kemphaan, Krombekstrandloper, Kerkuil, Boomleeuwerik en Fluiter. Tafeleend is in de zomermaanden opmerkelijk zeldzaam op de noordpunt en ook Boomleeuwerik broedt niet rondom de Cocksdorp, waardoor je afhankelijk bent van doortrekkers. Blauwe Kiekendief had goed gekund, zeker omdat we de avond voor de Big Day nog een mannetje hadden in de Hanenplas (evenals een Krombekstrandloper). Kleine Barmsijs heeft een week voor de Big Day dagelijks in de tuin gezeten, terwijl 2 Fluiters meerdere dagen in het Krimbos zaten. Als je kijkt wat er allemaal op de Big Day gezien is, hadden we met een beetje geluk ook bv een Visarend, Grauwe Kiekendief of Wespendief kunnen zien. Daartegenover staan natuurlijk de vele onverwachte bonussoorten en soorten die we veel makkelijker vonden dan verwacht.

Hoewel veel groepjes meer soorten hadden dan wij, zijn we zeer tevreden met het resultaat. Zeker als je ons werkgebied in het achterhoofd houdt, plus het feit dat we geen serieuze poging gedaan hebben voor nachtvogels, hebben we op de noordpunt zo’n beetje alles uit de kan gehaald. Een veel hogere score op dit deel van het eiland is denk ik niet mogelijk, daarvoor moet je de route echt uitbreiden naar het zuiden van het eiland. Oorspronkelijk was ons plan om ook Waalenburg, Utopia en bv de Muy / Nederlanden te bezoeken, maar door de perfecte weersomstandigheden durfden we eigenlijk niet de noordkop te verlaten.

Route Texel Big Day 2018, totaal 48.14 km
Afgelegde route tijdens de Big Day. De Hollandseweg vormt het zuidelijkste punt waar we vandaag geweest zijn! In totaal hebben we 48 km gefietst en gelopen.

Dank aan alle organisatoren en alle vogelaars die leuke soorten doorgaven en speciaal die de moeite namen om ons een handje te helpen! Doneren kan nog steeds, de Huiszwaluw kan uw hulp hard gebruiken. Via deze site is onze volledige soortenlijst te zien, inclusief een interactieve weergave van onze fietsroute (leuk!).

Eifel dag 2: Eifel NP en Blankenheim

Zaterdag 22 juli 2017

Vandaag gaan we de Eifel verkennen. Voor de ochtend staat een wandeltocht door het Nationale Park Eifel op het programma. Onderweg rijden we langs uitgestrekte agrarische gebieden waar we, net als gisteren, verschillende wouwen zien. Eenmaal stoppen we even langs de weg, zodat we ze wat beter kunnen bekijken. Hier tellen we zeker 3 Zwarte en 2 Rode Wouwen. Vooral de Zwarte Wouwen laten zich prachtig bekijken en fotograferen.

Zwarte Wouw – Black Kite
Zwarte Wouw – Black Kite

Aan het eind van de ochtend arriveren we bij het dorpje Dreiborn en even later lopen we over de uitgestrekte vlaktes van Dreiborn (genaamd de Dreiborner Hochfläche). De doelsoort hier is de Brilgrasmus, een in Zuid-Europa voorkomende grasmus die zeer zeldzaam is in NW-Europa. In dit gebied zit sinds half juni een mannetje te zingen (pas het 5e geval voor Duitsland). Eind juli, een paar dagen na ons bezoek, blijkt zelfs dat hier het eerste broedgeval van Duitsland heeft plaatsgevonden. Ik zal het kort houden, ondanks goed zoeken vinden we helaas geen Brilgrasmus. Gelukkig is er genoeg te beleven: in de lucht hangen enkele Rode Wouwen, een mannetje en jonge Grauwe Klauwier bevolken de struikjes en in de bosranden stikt het van de Geelgorzen.

Dreiborner Hochfläche
Geelgors – Yellow Hammer (photo: Peter van der Meer)

De show wordt vooral gestolen door de vele vlinders. Zagen we gisteren nog ons eerste Dambordje ooit, vandaag is het verreweg de talrijkste vlindersoort in dit gebied met vele 10-tallen exemplaren. Er zijn genoeg andere leuke soorten te zien: naast de algemene soorten vinden we o.a. een Bruine Vuurvlinder en een Koninginnepage vliegt snel langs ons heen. In de bosrand zien we nog meer leuke soorten: dankzij mannetje Keizersmantel blunderen we tegen zowel een Sleedoornpage als een Grote Weerschijnvlinder aan. We zien hier ook de enige libel tijdens deze vakantie: een Blauwe Glazenmaker.

Dambordje – Marbled White
Dambordje – Marbled White
Bruine Vuurvlinder – Sooty Copper
Blauwe Glazenmaker – Blue Hawker

De laatste uren van de middag besteden we bij Blankenheim, waar we de vele vlinders op de kalkgraslanden intensief afkijken. Vergeleken met bijvoorbeeld de Sint Pietersberg is het hier erg soortenrijk: soorten die in Nederland schaars of zeldzaam zijn, zoals Bleek Blauwtje, Dambordje, Keizersmantel en Bruine Vuurvlinder, zijn in groten getale aanwezig. Met wat meer geduld vinden we ook een Grote Parelmoervlinder, Boswitje, Bruin en Dwergblauwtje en onze tweede Sleedoornpage van de dag. Een gekke, kleinere parelmoervlinder (mogelijk Purperstreep-) is helaas te snel verdwenen.

Kalkgraslanden bij Blankenheim
Bleek Blauwtje – Chalk-hill Blue
Bleek Blauwtje – Chalk-hill Blue
Sleedoornpage – Brown Hairstreak
Grote Parelmoervlinder – Dark Green Fritillary (photo: Peter van der Meer)
Keizersmantel – Silver-washed Fritillary (photo: Frank van der Meer)

Hard werken op Vlieland

Maandag 22 t/m zaterdag 27 augustus 2016

Net als de laatste jaren vindt ook dit jaar weer een vogelkamp van de JNM plaats in de laatste week van augustus. Vorig jaar was dit in het Lauwersmeer, nu gaan we (net als in 2014) naar Vlieland. Het kamp begint op maandag 22 augustus als we gezamenlijk de half-3-boot nemen vanuit Harlingen. De rest van de dag doen we niet veel meer: fietsen huren, tent opzetten, elkaar beter leren kennen, etc. We zitten nog een uurtje aan zee, maar er vliegt niets noemenswaardig voorbij.

De dinsdag begint zeer vroeg, want al rond half zeven bevogelen we de oostpunt van het eiland. Op een zacht zingende Fitis na zit er helaas niet veel. Terug naar de camping (Lange Paal) voor ontbijt en dan verspreiden we ons in meerdere groepen over het eiland. Bij de Oostervallei krijgen Lonnie Bregman, Diedert Koppenol en ik de eerder op de ochtend door Lonnie gevonden Sperwergrasmus kort maar fraai te zien in een kaal struikje. Het is hier sowieso leuk vogelen met verder wat Tuinfluiters, Paapjes, een vroege Kramsvogel en een stille Sprinkhaanzanger. ’s Middags breekt de zon door en wordt het snikheet. In de Kroonspolders zit niet bijster veel, maar bij Bomenland is het wederom Lonnie die een Draaihals vindt. Ook de andere groepjes krijgen de vogel te zien. Bij de Oude Eendenkooi zien we bovendien nog een Grauwe en een Bonte Vliegenvanger. We zijn net terug op de camping als we het bericht krijgen dat de NJN (de ‘concurrent’) vanaf Terschelling over zee een Vale Pijlstormvogel richting Vlieland ziet vliegen. Als de wiederweerga fietsen we richting zee, maar wij moeten het doen met slechts een juveniele Zwarte Stern.

De volgende dag fietsen we richting de westkant. Tussen de Kroonspolders en de kazerne stop ik omdat ik duidelijk een Porseleinhoen hoor roepen. Het blijkt echter een tape te zijn dat vanaf de ringbaan komt… Een klein stukje verderop fietsen Lonnie, August van Steensel en ik bijna tegen een jonge Grauwe Klauwier aan. Het blijkt zelfs om twee exemplaren te gaan, die samen jagen vanuit de bosjes langs de weg. Net als gisteren is het al snel veel te warm om echt fanatiek te vogelen. De bosjes rondom de kazerne zijn angstvallig leeg. We zoeken tevergeefs naar een Sperwergrasmus van Gijsbert Twigt, wel komen we meerdere Paapjes, een groepje overvliegende Kruisbekken en roepende Baardmannen tegen. Bij de Nieuwe Eendenkooi zingt een Zwarte Mees. Na het avondeten inspecteren we het wad. Het zit barstensvol met steltlopers, maar gekke dingen komen we helaas niet tegen. De hoogtepunten worden gevormd door wat Kleine Strandlopers, Kanoeten, 1 Krombekstrandloper en een Zwarte Ruiter.

11818885
Grauwe Klauwier – Red-backed Shrike

De donderdagochtend begint met een roepende Witgat over mijn tent. In de Oostervallei vinden we de door Pieter van Veelen en co. gevonden Draaihals snel terug. Niet veel later worden we opgeschrikt door een luide kreet: “Wouw!”. En inderdaad, een paar tellen later hebben we een zeer fraaie jonge Zwarte Wouw in beeld. De roofvogel vliegt zeer laag boven de duintoppen en even later zien we de wouw zelfs in een den zitten. Erg gaaf! Hier vliegt ook een roepende Kruisbek over. Op de oostpunt is niet verder niet veel te beleven, dus besteden we de gehele middag aan zee. Een laagvliegende roofvogel boven de duinen blijkt opnieuw een (ongetwijfeld dezelfde) Zwarte Wouw te zijn. Over zee vliegt niet veel, alleen een groepje Zwarte Zee-eenden is het noemen waard. Een overvliegende kleinere Kokmeeuw met een opvallend doorschijnende handvleugel laat ons in verwarring achter… Tijdens het avondeten vliegt een Boomvalk over de camping en iets later krijgen we het bericht door dat Pieter en co. een Steppekiekendief hebben op de bij de kazerne. Daarom fietsen we terug de duinen in, maar helaas kunnen we de zeldzame kiekendief niet oppikken. Logisch, want later krijgen we bericht dat de kiekendief nog steeds in de duinen rondhangt. Voor velen van ons helaas te laat om actie te ondernemen.

11798200
Zwarte Wouw – Black Kite (photo: Casper Groenewegen)

De laatste hele kampdag beginnen we opnieuw aan zee. Op de weg daarheen stuit ik bij het bos van Lange Paal op een grote ‘flock’ met zangvogels. Het leukste zijn 2 Grauwe Vliegenvangers. Over zee zien we een clubje van 3 Drieteenmeeuwen, 2 Jan-van-Genten en een aantal Zwarte Zee-eenden. ’s Middags relaxen we wat en zien we niets noemenswaardigs.

De zaterdag staat in het teken van inpakken: om 12 uur precies nemen we de boot naar het vasteland. Ik word opgepikt door mijn broer en vader en we vogelen de rest van de dag langs de Friese Waddenkust. We beginnen bij de plasjes net ten zuiden van Harlingen (langs de N31), waar een van de eerste vogels die we hier zien een Koereiger blijkt te zijn! Andere leuke soorten zijn twee Goudplevieren, 1 Zomertaling en meerdere Zwarte Ruiters. Vervolgens zetten we koers richting Westhoek, waar we samen met Toy Janssen, Maartje Bakker en de mannen Molenaar intensief het wad afkijken voor strandlopers. Het tij blijkt echter niet mee te werken, want zelfs met hoogwater zitten de 10.000-en steltlopers te ver om te kunnen determineren. Mogelijk zorgt de oosterwind ervoor dat het wad niet onder water loopt? We kunnen slechts enkele Kleine en Krombekstrandlopers onderscheiden. Tijdens de terugweg stuiten we nog op de waarneming van de dag: een groep van 80+ Sneeuwganzen zit vlak langs de weg.  😉

11811362
Koereiger – Cattle Egret
11811886
Sneeuwganzen – Snow Geese

Helaas leverde het kamp geen knaller op (qua vogels viel het zelfs behoorlijk tegen), maar natuurlijk was het erg gezellig en dus zeker geen verspilde tijd. Volgende keer beter.  😉

Rovers kleuren de lucht tijdens het Dutch Birding-voorjaarsweekend

Donderdag 5 tot en met zondag 8 mei 2016

Afgelopen weekend vond het Dutch Birding-voorjaarsweekend op Texel plaats. Tijdens dit weekend vogelden 100-en vogelaars het hele eiland af, op zoek naar schaarse en zeldzame soorten. Leuke soorten werden vervolgens via Waarneming.nl en een Texelse Whatsappgroep verspreid (en echte zeldzaamheden ook via Dutch Bird Alerts). Doordat wij ook donderdag (bevrijdingsdag) en vrijdag vrij waren, maakten we er een lang weekend van. Het gehele weekend heerste er een wind uit zuidoostelijke richting, met temperaturen van ruim boven de 20 graden. Dit leidde tot overweldigende roofvogeltrek en ook andere vogels van zuidoostelijke herkomst (Bijeneters, Roodkeelpiepers, e.d.) werden vaker gemeld dan normaal. Hieronder volgt een verslag van deze succesvolle dagen, met maar liefst 4 nieuwe Texelsoorten voor mij.

Aan het eind van de avond van zaterdag 7 mei zat een Witbuikrotgans tussen plusminus 500 rotganzen aan het einde van de Hoofdweg, net ten zuiden van Dorpzicht. Een zoektocht naar de Balkankwikstaart in de Nederlanden op donderdag 5 mei leverde alleen een fraai foeragerende Kleine Zilverreiger op. Een van de hoogtepunten van het weekend was een overvliegende Zwarte Ooievaar op 7 mei. Doordat de vogel goed gevolgd en actief doorgegeven werd, lukte het Frank en mij om de ooievaar al vroeg boven de Slufter op te pikken. Uiteindelijk hebben we het beest vanaf een duintje naast bungalowpark de Sluftervallei ruim een kwartier kunnen volgen, tot ver boven de Vijver van Jochems. Op 4 mei pikten we vanaf de grote parkeerplaats in De Koog een Ooievaar op, een soort die qua zeldzaamheid niet veel onderdoet voor de Zwarte Ooievaar.

Zwarte Ooievaar – Black Stork
Ruigpootbuizerd – Rough-legged Buzzard

Dit lange weekend regende het leuke roofvogels. Vooral de Visarenden waren erg goed vertegenwoordigd met in totaal tientallen exemplaren. Voor ons eindigde de teller op 5 exemplaren: 1 op 6 mei (etend op een akker langs de Vuurtorenweg), 2 op 7 mei (langs de Robbenjager) en 2 op 8 mei (over De Tuintjes). Een van de absolute hoogtepunten was de waarneming van twee Zwarte Wouwen op 8 mei. Dankzij een whatsappje dat iemand er eentje vanaf het uitkijkpunt in de Tuintjes in beeld had, vonden wij diezelfde vogel vanuit de Tuintjes terug boven De Cocksdorp. Vanaf hier kwam de vogel steeds dichterbij, landde hier in de duinen en liet zich aan de grond fantastisch zien. Met die vogel in beeld werd een andere Zwarte Wouw gevonden boven de Vijver van Jochems. Toen de eerste vogel die tweede door had, vloog ook die op, schroefden ze samen omhoog en vlogen ze samen het eiland af richting Vlieland. Een fantastische waarneming van een soort die wij veel te weinig zien (pas mijn 5e en 6e exemplaar in 7 jaar tijd).

Zwarte Wouw – Black Kite
Zwarte Wouwen – Black Kites (photo: Peter van der Meer)

Een ander hoogtepunt was het mannetje Grauwe Kiekendief die we bij de Vuurtoren konden oppikken. De kiekendief vloog erg laag en op erg korte afstand, dus een erg fijne waarneming. Met dank aan Vincent van der Spek en co, die ons wezen op deze roofvogel. Erg laat was een Ruigpootbuizerd die wij op vrijdag 6 mei vanuit de auto oppikten. De vogel vloog vlak naast ons op de Stuifweg, waarna de vogel al cirkelend richting Dorpzicht vloog en hier nog door een andere vogelaar werd teruggevonden. Dit was pas mijn tweede Ruigpootbuizerd in mei. Een Smelleken vloog op 7 mei over de Vuurtoren, terwijl later die dag twee exemplaren op een akker zaten aan het eind van de Hollandseweg (plek Morinellen, die overigens schitterden door afwezigheid). Een andere schaarse valkensoort is de Boomvalk, waarvan wij ook twee waarnemingen deden dit weekend (ook beide op 7 mei): jagend boven de grote parkeerplaats in De Koog en overvliegend boven de tuin in vakantiepark De Krim.

Grauwe Kiekendief – Montagu’s Harrier (photo: Peter van der Meer)
Grauwe Kiekendief – Montagu’s Harrier (photo: Peter van der Meer)

Een zeer luid en fanatiek zingend Porseleinhoen langs de Roggesloot (De Cocksdorp) betekende een zeer fijne toevoeging aan mijn Texellijst. Een zelfgemaakte geluidsopname is hier te beluisteren. Een groepje van 4 Temmincks Strandlopers zat zaterdagavond (7 mei) op het Renvogelveldje, bij de Robbenjager. Hier zat een dag eerder ook een 2kj Dwergmeeuw. Diezelfde dag zong bij vakantiepark de Sluftervallei een Zomertortel vanuit de top van een boom. Net ten noorden van De Tuintjes vloog ook op 6 mei een Velduil ver over zee richting Vlieland. “Loeigaaf” (om Frank te citeren) was een, op 7 mei, door ons gevonden Draaihals bij de Hanenplas. De vogel zong zelfs (!) en vloog al snel de golfbaan over richting het vakantiepark De Krim. Hier konden we deze zeldzame spechtensoort helaas niet meer lokaliseren. Ook leuk was een Bonte Kraai die regelmatig op een nietszeggend gazonnetje midden in De Koog aan het foerageren was. Erg leuk om deze steeds zeldzamer wordende kraaiensoort eens van zo dichtbij te kunnen bekijken.

Bonte Kraai – Hooded Crow (photo: Peter van der Meer)

De noordkop zaten weer vol met zingende Nachtegalen, Braamsluipers en, in mindere mate, Sprinkhaanzangers. Mijn eerste Texelse Iberische Tjiftjaf (en 3e ooit) zong op 8 mei in de Vijver van Jochems (geluidsopname). Met enige moeite was de vogel prima te horen vanaf het fietspad tussen de Sluftervallei en de Robbenjager. Een fijne terugvondst van de vogel die wij op donderdag misten langs de Vuurtorenweg. Dit weekend leverde twee Paapjes op: eentje langs de Hanenplas en eentje net ten zuiden van De Tuintjes. Dit gebied was op 8 mei erg goed voor kleine zangers: in de struikencomplexen zaten minstens 2 Bonte Vliegenvangers, 1 Grauwe Vliegenvanger, 1 vrouw Gekraagde Roodstaart en zelfs een (1e zomer?) Kleine Vliegenvanger. Deze laatste was vaak lastig te zien, maar met enig geduld ging de vogel vrij zitten in een meidoorn en was dan prima te zien. De kale duintjes tussen de Robbenjager en de Vuurtoren waren op 7 mei goed voor vele Engelse en Noordse Kwikstaarten.

Een drukke week

Zaterdag 23 april 2016

Het was me het weekje wel. Vooral de eerste dagen was ik nog steeds in de wolken door de spectaculaire vondst van ‘mijn’ Westelijke Baardgrasmus (die helaas dinsdag vertrokken bleek te zijn). Mooi weer bovendien, waardoor ik af en toe tijd wat vrij gemaakt heb om te gaan vogelen. Zo leverde me dat de afgelopen week in de omgeving van Wageningen veel leuke soorten op. Maandagavond (18 april) een avondje in de Wageningse Bovenpolder gedaan, waar (medestudenten) Bram de Vries, Martijn van der Neut en ik onder het luide gehoemp van een Roerdomp zochten naar Beflijsters. Met resultaat, uiteindelijk vonden we twee exemplaren.

Donderdagmiddag spoedde ik mij na mijn middagvak opnieuw naar de Wageningse Bovenpolder, deze keer om zelf lekker te vogelen. Dat viel me niet bepaald tegen. Zo zongen in de uiterwaarden vele Grasmussen, een enkele Braamsluiper en vond ik mijn eerste Koekoek van het jaar. Een Groene Specht vloog met me mee, terwijl een 2kj Pontische Meeuw boven de nevengeul in het gebied vloog. De vogel twijfelde even om te landen, maar besloot toch door te vliegen. Het hoogtepunt hier was een Zwarte Wouw, een soort waar wij absoluut niet verwend mee worden. Dit was pas mijn vierde in 7 jaar tijd. De vogel cirkelde laag boven de uiterwaard, maar won wel snel hoogte om boven de steenfabriek uit beeld te verdwijnen. Vervolgens fietste ik door naar het Renkumse Beekdal om op zoek te gaan naar een van mijn lievelingsvogels: de Middelste Bonte Specht. Het duurde even, maar gelukkig vond ik minstens 1 vogel in een gemengd Eiken-Beukenbos. De specht liet zich prachtig zien en deed aardig broedverdacht.

Dan ’s avonds het bericht dat de eerder gevangen Zwartkoprietzanger zich liet horen. Voor Rick Schonewille en mij was dit het teken om donderdagavond te gaan luisteren in de Ooijpolder. Helaas voor ons hield de vogel zijn snavel. Opmerkelijk trouwens was hoe weinig man zijn kans schoon zag die avond, met slechts drie andere vogelaars.

Terwijl vandaag (zaterdag) vrijwel iedere vogelaar richting de Ooijpolder ging om de rietzanger te horen, weerstaan Frank, mijn vader en ondergetekende die verleiding (alhoewel, hoe verleidelijk is het om via een parabool een ver weg zingende en onzichtbaar in het riet verstopte vogel te horen die soms zelfs voor een Kleine Karekiet wordt uitgescholden?) en rijden we naar Waverhoek. Hier had Sander Haak gisteren een Steltkluut gevonden, een zeldzame maar toch jaarlijks in de regio verschijnende steltloper. Samen met Paul van de Werken vinden we al gauw de vogel, die vlak langs het pad foerageert. Boven onze hoofden vliegen vrijwel alle soorten zwaluwen (Gier-, Huis-, Oever- en Boerenzwaluwen). De behoorlijk straffe wind maakt het niet bepaald aangenaam buiten en nadat we de plassen gauw hebben afgespeurd (paar Zwarte Ruiters, waaronder enkelen in zomerkleed) lopen we gauw weer terug naar de auto.

Steltkluut – Black-winged Stilt

We rijden een klein stukje door richting Botshol, waar we boven de Grote Wije verblijd worden door een negental Dwergmeeuwen, die op kenmerkende wijze vlak boven het wateroppervlak op insecten foerageren. In een polder langs de Hoofdweg stuiten we bovendien op drie Zwartkopmeeuwen, die net als enkele Kokmeeuwen op een pas bewerkt weiland foerageren. Als alle meeuwen opvliegen (oorzaak onbekend), zien we plotseling ook weer drie Dwergmeeuwtjes. Een leuk einde van deze dag.